Adapter 
Column november 2013

Ik ben een ‘late adapter’. Nadat de ‘pioneers’ en de ‘big majority’ de  nieuwste iPhone hebben gekocht, besef ik me dat er geen ontkomen meer aan is. Ook ik moet aan een smartphone.

Als het op spullen aankomt heb ik altijd al achtergelopen. Als kind nam ik zonder morren alles over wat mijn broer afdankte. Ik kreeg zijn discman wanneer hij een nieuwere versie ging kopen. En als zijn mountainbike hem te klein was geworden, werd deze roze gespoten en voorzien van een paarse fietsbel kreeg ik hem voor m’n verjaardag. Ik vond het prima. Ik hoefde nooit te sparen voor nieuwe spullen of na te denken over welk merk bij mij paste. Mijn broer kocht elke nieuwe gadget, ik was van de recycling.

Tot op de dag van vandaag bestaat mijn huis uit een verzameling gerecyclede spullen. Prachtige stoelen van het grofvuil, Ikea-kasten van Marktplaats, een bureaustoel van m’n vaders kantoor, de tafel van vorige bewoners. Zelfs resten zolderbalk worden vertimmerd tot nieuwe meubels. Niet dat ik geen nieuwe spullen kan betalen, maar dingen die een tweede leven krijgen, lijken meer ziel te hebben. Het heeft iets magisch.  Het geeft voldoening.
(Als klein meisje had ik zelfs het plan om later adoptiekinderen te nemen in plaats van eigen. Zo ver voerde mijn ideologie van recycling.)

Inmiddels is de ideologie iets getemperd. En woont mijn broer in het buitenland. En dus arriveerde ik op het punt dat ik zelf een fabrieksnieuwe smartphone ging aanschaffen. 
Nu kan alleen al de collectie deodorant bij de Etos me onderwerpen aan tijdrovende  vergelijkingsanalyses. Dus het universum aan galaxies, androids, inches, megabytes en micro-sims leidde me tot de rand van kosmische wanhoop. In combinatie met de nog sluimerende nieuwe-spullen-angst eindigde ik in een apathisch staat van existentiële besluiteloosheid.

Tot ik door iemand werd gewezen op de Fairphone. Een telefoon met eerlijk geproduceerde metalen. Het klonk me nogal macrobiotisch in de oren.
Ik las verder op hun site. Daar werd uitgelegd hoe ze ook gebruik maken van gerecyclede materialen. Die woorden klonken opeens vertrouwd en rustgevend. Ik hoefde dus niet iets ‘echt nieuws’ te kopen. Maar wat me overhaalde was nog iets anders. Dat ze maar één soort hadden. Geen keuze in formaat, bytes, kleur, merk of versie. Net als vroeger door m’n broer waren alle keuzes al voor me gemaakt. Ik zou slechts hoeven te recyclen.

Opgelucht drukte ik op ‘bestel’. Daar kreeg ik nog de keuze of ik een adapter wilde toevoegen. Als je er thuis nog een had, hoefde je die niet te bestellen. Duurzaam.
Ik had er nog geen. Dus ik bestelde hem. Bij het afronden van de bestelling bleek dat deze pas over twee maanden kan worden geleverd. Ik vind het niet erg. Beter een ‘late adapter’ dan geen adapter.

                                                     Yvonne Kruiper